Wat is het VAV?

Het Vlaams Artsenverbond (VAV) (recente naamwijziging van Vlaams Geneeskundigenverbond of VGV) is een sociaal-culturele vereniging voor en van Vlaamse artsen.
Het VAV heeft geen syndicale, partijpolitieke of filosofische bindingen.
De rechtsvorm van het VAV is een vereniging zonder winstoogmerk (vzw).
De gewijzigde statuten staan op onze VAV-webstek www.vlaamsartsenverbond.org (rubriek bestuur).
Elementen van de geschiedenis van het VAV vindt u terug in Periodiek (2013/4, 2014/1 en 2) en op www.vlaamsartsenverbond.org (rubriek historiek).

Doelstellingen

  1. Realisatie van een autonome Vlaamse gezondheidszorg als onderdeel van een autonome Vlaamse sociale zekerheid (SZ) en op termijn de volledige autonomie van de Vlaamse Gemeenschap

    Op 8 februari 1995 onderschreef het VGV het standpunt van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen (OVV) “De organisatie en de financiering van de SZ moet zo vlug mogelijk onder de verantwoordelijkheid van Vlaanderen en Wallonië gebracht worden”. Het VGV trad ook toe tot het Aktiekomitee voor een Vlaamse Sociale Zekerheid (AK-VSZ), een werkgroep van het OVV (Brochure AK-VSZ “Naar een Vlaamse Sociale Zekerheid”, februari 1996).

    Het VAV laat bij zijn streven naar een integrale Vlaamse gezondheidszorg de inwoners van Brussel niet vallen. Daarom eist het de communautarisering van de gezondheidszorg, dus een overheveling naar de Vlaamse en Franse Gemeenschap, waarbij de inwoners van Brussel kunnen kiezen voor het stelsel van een van beide gemeenschappen, zoals bepaald in resolutie nr. 4 van het Vlaams Parlement van 3 maart 1999 (AK-VSZ: “Uw Vlaamse sociale zekerheid na de zesde staatshervorming?”, april 2014, p. 14-18, www.akvsz.org ). Communautarisering staat in tegenstelling tot regionalisering, waarbij de overheveling zou gaan naar het Vlaams, Waals en Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

    Onze argumenten voor een autonome Vlaamse gezondheidszorg zijn: eigen klemtonen leggen, het beleid efficiënter maken en de gemeenschappen responsabiliseren tot een spaarzamer beleid. De argumenten, de tegenwerpingen en het antwoord hierop worden besproken in een afzonderlijk document “Naar een communautarisering van de gezondheidszorg in het kader van een Vlaamse SZ” (zie elders in dit nummer).

    Over de institutionele vorm van de toekomstige Vlaamse autonomie, confederalisme of onafhankelijkheid, neemt het VAV geen standpunt in.

    Het VAV denkt ook na over de integratie van de immigranten en over de samenwerking met andere volkeren binnen de Europese Unie.
    Het VAV steunt bovendien ontwikkelingssamenwerking met andere volkeren in de wereld.

  2. Het behoud van het Nederlandstalig aanbod van geneeskundige zorg en dienstverlening in Vlaanderen, en zijn hoofdstad, Zo ook het behoud van de Nederlandstalige universitaire  opleiding in de geneeskunde.

    Het doel om alle Nederlandstaligen in Brussel te laten genieten van een Nederlandstalige dienstverlening, zowel op het niveau van de huisartsen, de specialisten in en buiten de ziekenhuizen en in de spoeddiensten, is nog niet gerealiseerd. Goede initiatieven, zoals de huisartsenwachtpost (www.wachtpostterranova.be) en het Huis voor Gezondheid (www.huisvoorgezondheid.be) worden door het VAV moreel ondersteund.

    Doch ook buiten Brussel en Vlaams-Brabant rijzen er nog problemen. Zo is het oorspronkelijk aanbod van het universitair medisch onderwijs in het Engels voor buitenlandse studenten  uitgegroeid tot een systeem dat in meerdere universiteiten steeds verder als vanzelfsprekend opgedrongen wordt aan de Vlaamse studenten.

    Onze argumenten voor het behoud van het Nederlands zijn: het belang van de moedertaal voor genuanceerde kennisoverdracht, de zorg voor de autochtone en allochtone sociaal zwakkeren, het behoud van het Nederlands als wetenschappelijke taal en het EU-princiep “eenheid in verscheidenheid” (Periodiek 2009/1, p. 16-17).

  3. Behartiging van de belangen en de standpunten van de Vlaamse artsen in nationale en internationale organisaties

    Als gevolg van de EU-richtlijn van vrij verkeer van artsen binnen de EU, op voorwaarde van de (dubbelzinnig geformuleerde) kennis van één officiële taal van “de plek” waar ze hun beroep wensen uit te oefenen, zijn er in Vlaanderen en Brussel tal van buitenlandse artsen actief die het Nederlands niet machtig zijn. Een amendement van Vlaamse leden van het Europees Parlement, ondersteund door het VGV, om die richtlijn aan te passen in overeenstemming met de patiëntenrechten in de Belgische situatie, heeft het in 2013 niet gehaald. (Periodiek 2013/4, p. 9 en 20; 2014/1, p. 32). Het probleem is nu terug actueel geworden in de rand van de discussies over de contingentering. Er is dus nog werk aan de winkel voor het VAV en de Vlaamse politici in België en het Europees Parlement.

  4. Bevordering van de samenwerking tussen Vlaamse en Nederlandse organisaties van geneeskunde

Realisaties

Ad 1 Autonome Vlaamse gezondheidszorg

1.1 Tijdens de zesde staatshervorming werd in het Federaal Parlement een discrete doch substantiële stap gezet naar een Vlaamse gezondheidszorg: bevoegdheden goed voor 13,4 % van het RIZIV-budget werden naar de deelstaten overgeheveld (Periodiek 2014/1, p. 6) dankzij intensief lobbywerk van het VGV; bovendien werd een VGV-bestuurslid aangezocht om als expert te zetelen in een politieke commissie die de hervorming van de gezondheidszorg voorbereidde.

1.2 In het dossier van de contingentering leverde het VGV zeer belangrijke inspanningen om de belangen van de Vlaamse studenten geneeskunde en de Vlaamse artsen te verdedigen. In 2012 richtte het VGV over dat thema een symposium in (zie lager). Met een persactie einde 2013 slaagde het VGV erin een KB van minister Onkelinx, om de contingentering af te schaffen voor bepaalde medische specialismen, te kelderen (Periodiek 2014/2, p. 9-10).  En mede door een intensieve actie van het VGV, deels samen met het OVV (zie www.vlaamsartsenverbond.org startpagina en Periodiek 2016/3), werd het advies van de Planningscommissie voor medisch aanbod om de 60 N/40 F verdeelsleutel voor artsenquota om te zetten in 56,5 N/43,5 F politiek afgeblokt op 15 september 2016.

Ad 2 Vernederlandsing van geneeskundige opleiding,  beroep en dienstverlening

2.1 In die optiek heeft het VGV in de periode van de unitaire Belgische wetenschappelijke artsenverenigingen, met meestal het Frans als voornaamste voertaal, geijverd voor de structurele ontdubbeling met paritaire Nederlandstalige/Franstalige vertegenwoordiging en eveneens voor de oprichting van autonome Nederlandstalige wetenschappelijke verenigingen voor iedere discipline.

2.2 Tot 2009 werden patiënten uit de gemeenten in de streek van Halle bij een urgente oproep opgehaald door de Medische Urgentiegroep (MUG) van het Franstalige Erasmusziekenhuis en het ziekenhuis van Tubeke, wat regelmatig tot communicatieproblemen leidde met soms ernstige medische gevolgen (Periodiek 2006/3, p. 12-14). Daaraan kwam op 1 januari 2010 een einde door de oprichting van een MUG te Halle, waarvoor het VGV ijverde in gesprekken met de burgemeester van Halle en de toenmalige directeur van het Sint-Maria ziekenhuis (Periodiek, 2010/1, p. 7).

2.3 In 2012 is het VGV samen met het Verbond der Vlaamse Academici (VVA) erin geslaagd de politici ervan te overtuigen om de verengelsing van het universitair medisch onderwijs enigszins te matigen (Periodiek 2012/3, p.9).

Ad 3 Belangen en standpunten van Vlaamse artsen in nationale organisaties

Zowel het Rode Kruis (www.rodekruis.be) als de Orde der geneesheren, nu Orde der Artsen, (www.ordomedic.be) ondergingen in de loop der jaren een geleidelijke communautaire ontdubbeling en verzelfstandiging van hun Nederlandstalige afdeling tot het Rode Kruis-Vlaanderen en tot de Nederlandstalige afdeling van de Nationale Raad van de Orde. In deze evolutie speelde het VGV zowel voor de eerste (Periodiek 2005/6, p. 65; 2006/3, p. 18) als voor de tweede organisatie (Periodiek 2006/3, p. 21; 2008/4, p. 9 en 38) een belangrijke ondersteunende rol.

 Actiemiddelen

  1. Voor de studie van medico-sociale problemen en de verspreiding van ingenomen standpunten maakt het VAV gebruik van verschillende kanalen:
  • Ongeveer om de twee jaar wordt een symposium rond een bepaald thema georganiseerd.

Een overzicht sinds 2000:

° 23 juni 2001: “Welke geneeskunde willen wij in Vlaanderen?” (De Schelp, Vlaams Parlement te Brussel)
° 14 september 2002: “Integratie van preventieve en curatieve geneeskunde – Naar een Vlaams gezondheidsbeleid” (De Schelp, Vlaams Parlement te Brussel)
° 8 mei 2004: “Gezonde gezondheidszorg in een gezonde economie – De economische aspecten van de Vlaamse gezondheidszorg” (De Schelp, Vlaams Parlement te Brussel)
° 18 maart 2006: “25 jaar Vlaamse gezondheidszorg – Preventie is samenzorg” (samen met VVMV, De Schelp, Vlaams Parlement te Brussel)
° 18 oktober 2008: “Naar een blauwdruk voor een Vlaamse gezondheidszorg – Leren uit buitenlandse ervaringen” (samen met Doktersgild Van Helmont, De Schelp, Vlaams Parlement te Brussel)
° 23 oktober 2010: “Armoede en gezondheidszorg in Vlaanderen” (samen met VVMV en Doktersgild Van Helmont, De Schelp, Vlaams Parlement te Brussel)
° 13 oktober 2012: “Contingentering: zegen of vloek?” (met de steun van Doktersgild Van Helmont, Paleis der Academiën te Brussel)
° 22 februari 2014: Debat over “Nieuwe rol van zorgverzekeraars/ziekenfondsen” en  “Digitale medische communicatie” (Antwerpen)
° 27 september 2014: “Welke toekomst voor de Forensische Psychiatrie in Vlaanderen? – Forensische Psychiatrische Centra: een oplossing voor de schande van de internering?” (samen met de Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België, Paleis der Academiën te Brussel)
° 23 september 2017: “Vlaamse gezondheidszorg na de 6de staatshervorming” (Auditorium Herman Teirlinck, KBC Brussel)
° 12 oktober 2019: “Gezondheidszorg voor de Vlamingen met bijzondere aandacht voor Brussel en de Vlaamse Rand – In memoriam Dr. Robrecht Vermeulen” ” (Auditorium Herman Teirlinck, KBC Brussel)
° 16 oktober 2021: “Na corona eindelijk een zelfstandig Vlaamse gezondheidszorg?” ” (Auditorium Herman Teirlinck, KBC Brussel)
° 14 oktober 2023: “Communautarisering van de gezondheidszorg in 2024!” ” (Auditorium Herman Teirlinck, KBC Brussel)

  • Het VAV-tijdschrift Periodiek verschijnt viermaal per jaar in gedrukte en elektronische versie, beschikbaar op www.vlaamsartsenverbond.org
  • Op de VAV-webstek (www.vlaamsartsenverbond.org) verschijnt bijkomende informatie over door het VAV ingenomen standpunten en VAV-activiteiten (culturele activiteiten en symposia). Verder kunnen alle nummers van Periodiek er ook elektronisch worden geraadpleegd. Tenslotte vindt u er inlichtingen over het VAV-bestuur, over de VAV-historiek en over de wijze waarop u met het VAV contact kan nemen.
  • Tijdens de jaarlijkse Algemene Ledenvergadering van het VAV wordt verslag gebracht over de werking gedurende het voorbije jaar en worden de plannen van het volgende jaar besproken en afgetoetst aan het oordeel van de leden.
  1. Voor het realiseren van de ingenomen standpunten maakt het VAV bovendien gebruik van:
  • persberichten
  • brieven en bezoeken aan politici, vertegenwoordigers van de overheid en andere actoren in de gezondheidssector.

    Zo heeft het VAV in de loop der jaren een uitgebreid netwerk uitgebouwd.
  1. De organisatie van culturele manifestaties, hoofdzakelijk geleide bezoeken aan tentoonstellingen van vooral beeldende kunsten en geschiedenis, leidt tot betere contacten en samenwerking tussen de VAV-leden onderling. Het VAV plant jaarlijks drie tot vier dergelijke bezoeken met gids.

 

De Raad van Bestuur van het VAV, 25 februari 2024